Gemeente Heemstede

Wat is het beleid van de gemeente?
Plaats reactie
vuurkorf
Site Admin
Berichten: 1402
Lid geworden op: 04-09-2015 22:42

Gemeente Heemstede

Bericht door vuurkorf » 28-12-2015 19:45

Uw e-mail van 6 december 2015 over rookoverlast hebben wij ontvangen. Als gemeente ontvangen wij zeer sporadisch klachten over rookoverlast. Er ligt geen klachtenpatroon.

Recent hebben wij een concreet verzoek ontvangen om een inwoner van deze gemeente een verbod op te leggen om zijn/haar open haard te stoken.

Dit verzoek is gebaseerd op het bepaalde in artikel 7.22 van het Bouwbesluit. Dit artikel luidt als volgt:

Onverminderd het bij of krachtens dit besluit of de Wet milieubeheer bepaalde is het verboden in, op of aan een bouwwerk of op een open erf of terrein voorwerpen of stoffen te plaatsen, te werpen of te hebben, handelingen te verrichten of na te laten of werktuigen te gebruiken, waardoor:
a. op voor de omgeving hinderlijke of schadelijke wijze rook, roet, walm of stof wordt verspreid;
b. overlast wordt of kan worden veroorzaakt voor de gebruikers van het bouwwerk, het open erf of terrein;
c. op voor de omgeving hinderlijke of schadelijke wijze stank, stof of vocht of irriterend materiaal wordt verspreid of overlast wordt veroorzaakt door geluid en trilling, elektrische trilling daaronder begrepen, of door schadelijk of hinderlijk gedierte, dan wel door verontreiniging van het bouwwerk, open erf of terrein, of
d. instortings-, omval- of ander gevaar wordt veroorzaakt.

Uit de jurisprudentie blijkt dat, overigens zonder succes, burgers met een beroep op dit artikel hebben geprobeerd hinder van open haarden en houtkachels te voorkomen.

Een recente uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is die van 12 november 2014 (Uitspraak 201308188/1/A1). Hierin overweegt de Afdeling het volgende:

De Afdeling stelt onder verwijzing naar de uitspraken van de Afdeling van 1 oktober 2014 in zaak nr. 201311393/1/A1 en van heden in zaak nr. 201306442/1/A1 voorop dat artikel 7.22 van het Bouwbesluit, gelet op de nota van toelichting bij dit artikel (Stb. 2011, 416, blz. 342-343), een restbepaling is die door het bevoegd gezag kan worden toegepast, indien naar zijn oordeel optreden tegen het gebruik van een bouwwerk, open erf of terrein vanwege gevaarzetting, dreigende aantasting van de volksgezondheid of overmatige hinder noodzakelijk is en meer specifieke bepalingen geen soelaas bieden.

Kort samengevat komt deze uitspraak er op neer dat de Afdeling concludeert dat het enkele feit dat er rooklucht op een naburig perceel kan worden geconstateerd, op zich onvoldoende is om te oordelen dat op een voor de omgeving hinderlijke wijze van verspreiding van rook als bedoeld in artikel 7.22 van het Bouwbesluit plaatsvindt waartegen het bevoegd gezag met toepassing van dat artikel dient op te treden.

Ten aanzien van de vraag of op schadelijke wijze rook wordt verspreid overweegt de Afdeling dat in afdeling 3.8 van het Bouwbesluit eisen zijn gesteld aan voorzieningen bij nieuwe en bestaande woningen voor de afvoer van rookgas afkomstig van verbrandingstoestellen, ongeacht het materiaal waarmee wordt gestookt, ter bescherming van de bewoners van de woning waarin zich het verbrandingstoestel bevindt. Voor het gebruik van houtkachels en haarden ontbreekt andere regelgeving. Tot op heden bestaan, alsdus de Afdeling, geen algemeen aanvaardbare inzichten over de beantwoording van de vraag of en zo ja, onder welke omstandigheden en bij welke frequentie, rook afkomstig van een houtkachel schade aan de mens toebrengt.

Dan komt de Afdeling tot het oordeel dat als de rookafvoer voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit er in redelijkheid kan worden afgezien van het verrichten van nader onderzoek naar de schadelijke gevolgen van de verspreiding van rook als gevolg van het gebruik van de houtkachel.

Anders dan bij geluidsoverlast zijn er derhalve geen concrete normen voor rookoverlast waaraan wij kunnen toetsen of de norm wordt overtreden. Op dit moment kunnen wij dan ook niet vaststellen dat artikel 7.22 van het Bouwbesluit wordt overtreden en is er geen aanleiding om handhavend op te treden.

Wij ontvangen wel verzoeken van bijvoorbeeld de Stichting houtrookvrij om een verbod op het stoken van open haarden in te stellen vanwege de schadelijke gevolgen van houtrook voor de gezondheid. Nu de wetgever het stoken van hout niet verbiedt, gaat een dergelijk verzoek voorbij aan de verordenende bevoegdheid van onze gemeenteraad en is het in deze wachten op landelijke regelgeving.

Plaats reactie